Groenlandse verkiezingen

Smeltend Groenland nog aan Deens infuus
Trouw, 24 april 2018; Anne Grietje Franssen

Onder het smeltende ijs van Groenland liggen waardevolle grondstoffen. Die hoopt het land zelfstandig te ontginnen. Onafhankelijkheid is dan ook een groot thema bij de verkiezingen vandaag (24 april 2018).
Het vuur brandt in ons allemaal, sprak de Groenlandse premier Kim Kielsen vorige week, en dat vuur zal blijven branden. “Het verlangen naar onafhankelijkheid overstijgt de partijpolitiek, maar we moeten er wel klaar voor zijn.”

De vraag is: is Groenland dat wel?
Vandaag gaat de Groenlandse bevolking naar de stembus. Ze hebben dan misschien keus uit zeven verschillende partijen – de verkiezingsprogramma’s verschillen niet gek veel van elkaar. Bij zes van de zeven partijen ligt het zwaartepunt bij hetzelfde agendapunt: onafhankelijkheid van Denemarken.

Het zijn de twee huidige regeringspartijen – de sociaaldemocratische Siumut, tevens de partij van de premier, en de linksgeoriënteerde Inuit Atagatigiit (IA) – die ook nu voorop lopen in de peilingen. Ze hebben wat verschillende ideeën over sociale vraagstukken, over de herverdeling van visquota. Maar beide partijen zijn het over één ding eens: de toekomst van Groenland is een onafhankelijk Groenland. Alleen over de termijn waarop wordt nog gekibbeld.

Smeltend rijk
Een decennium geleden, toen de Groenlanders in een referendum voor meer autonomie kozen, zag het er veelbelovend uit. De opwarming van de aarde is nergens zo merkbaar als in Groenland, de temperatuur stijgt er twee keer sneller dan in de rest van de wereld en de ijskappen smelten zichtbaar. Waar klimaatverandering elders voor ellende zorgt, is Groenland er in potentie bij gebaat.

Want heilbotvissers hebben plots een welkome bijvangst van makreel en haring, schapenhouders zien kans om te experimenteren met tuinbouw. En bovenal: onder die laag ijs ligt een schat aan grondstoffen. Zink, uranium, ijzer, goud, olie. Op uitnodiging van de Groenlandse regering kwamen buitenlandse investeerders toegestroomd om te graven naar de toegankelijk geworden grondstoffen.
Maar tien jaar verder, liggen zowel mijn- als landbouw zo goed als stil. De visvangst bepaalt nog steeds de hoofdmoot van het bruto nationaal product. Waar is het fout gegaan?
Er zijn verscheidende projecten in gang gezet, vertelt politicoloog Maria Ackrén, verbonden aan de Universiteit van Groenland. “Chinese bedrijven houden hun ogen gericht op een ijzererts- en een zinkmijn, een Australische investeerder concentreert zich op mineralen in Zuid-Groenland.” Maar sinds de laatste paar jaar de grondstofprijzen fors gedaald zijn, zijn ook de mijnbouwprojecten tot een halt gebracht. Ackrén: “Het is wachten op investeerders, tot die tijd kunnen we niet veel.”
Wat betreft de landbouw: in het warmere zuiden van Groenland wordt er geëxperimenteerd met bijvoorbeeld aardappelteelt en kasgroenten. Er wordt gekeken of deze gewassen zich kunnen aanpassen aan het poolklimaat.
Maar volgens Ackrén verkeren ook deze projecten nog in een testfase. “Als de opwarming van de aarde doorzet“, zegt Ackrén, “vergroot dat zeker de kansen voor de cultivatie van het land“.

Toekomstdroom
Maar voorlopig hangt Groenland nog aan het financiële infuus van Denemarken, dat jaarlijks 3,4 miljard Deense kroon (ruim 450 miljoen euro) overmaakt. Het bedrag is goed voor ongeveer de helft van het Groenlandse nationale budget: de baten van de visvangst zijn lang niet toereikend om het land draaiende te houden. Groenland kampt bovendien nog altijd met hoge werkloosheidscijfers, ondermaats onderwijs en een breed spectrum aan sociale problematiek.
Dat roept de vraag op of de onafhankelijkheid van zo’n dunbevolkt (totaal inwonertal: 56.000) en uitgestrekt gebied, met zulke extreme fysisch-geografische omstandigheden, eigenlijk wel realistisch is.
Ackrén denkt niet dat het onmogelijk is, vooral gezien de onafhankelijkheidshonger van het volk, maar ze denkt de tijdspanne van een paar decennia, niet een decennium, realistischer is.
Elke vorm van ontwikkeling is nodig: efficiëntere visserij, mijnbouw, de groei van de private sector (Groenland kent vandaag de dag vooral staatsbedrijven, red.), meer toerisme, de uitbreiding van het infrastructurele netwerk.”
Want ook daar zijn de meeste partijen het over eens: onafhankelijkheid – ja, maar niet ten koste van de welvaart. Zoals de premier vorige week op de Groenlandse televisie sprak: “Eerst willen we onze jonge mensen aan een baan helpen, moeten we het onderwijs verbeteren en zullen we economische groei teweegbrengen.”

Deense subsidies nog niet afgebouwd
Groenland is een voormalig kolonie die sinds 1979 de status van autonoom gebied heeft binnen het Koninkrijk Denemarken. Bij het referendum van 2008 koos de bevolking – à 56.000 man – voor een voortschrijdende mate van zelfbestuur. Een jaar later was het zover: Kopenhagen overhandigde Groenland de zelfbeschikking over zijn natuurlijke grondstoffen. De Deense regering bleef voorlopig zaken als defensie, justitie en politie overzien.

Voor het dunbevolkte land in het Arctische gebied was het een stap richting het einddoel. Als we nu onze eigen minerale reserves kunnen ontginnen, was tien jaar geleden het idee, hebben we onze oud-kolonisator weldra niet meer nodig. De Deense subsidies, werd na het referendum besloten, zouden evenredig met de groei van de mijnindustrie kunnen worden afgebouwd. Maar met dat afbouwen is nog geen begin gemaakt.

581
Verkiezingsposters in Nuuk, de hoofdstad van Groenland. Alle partijen zijn voor onafhankelijkheid van Denemarken. © AFP

Arctic Peoples Alert:
Natuurlijk is Groenland er klaar voor om onafhankelijk van de staat Denemarken te zijn. Denemarken zegt sinds de landing van de verbannen Erik de Rode in 982 eigenaar te zijn van Groenland. In de discussie vergeten de Denen dat zij sinds 982 ook behoorlijk aan Groenland verdienen.